0515 - 44 44 55 (ma t/m vr 19.00 - 21.00 u)

Incassobureaus overtreden geregeld de wet en duperen consumenten met misleidende en agressieve handelspraktijken. Zij rekenen te hoge incassokosten, sturen spookfacturen en maken zich schuldig aan bedreigingen, scheldpartijen en privacyschending. Dit concludeert de Autoriteit Consument & Markt (ACM) over de incassobranche in een onderzoek dat vandaag verschijnt.

Door: Joris Zwetsloot

5 november 2015

ACM beraadt zich op een zo ‘effectief mogelijke aanpak’ variërend van consumentenvoorlichting tot boetes. De problemen hebben te maken met de wildgroei aan incassobureaus. Iedereen mag een bureau beginnen zonder enige diploma of keurmerk.

Nederland kent minimaal 444 incassobedrijven. Naar schatting vorderen zij tien miljard euro per jaar bij vermeende wanbetalers, privé en zakelijk. Incassobureaus kopen bulkpartijen op met onbetaalde rekeningen en proberen die soms op agressieve wijze te gelde te maken.

‘Onterechte vorderingen vind ik het kwalijkst’, zegt Anita Vegter, bestuurslid van ACM. Zij wijst op incasso’s die consumenten op de mat krijgen nadat zij een ‘gratis proefpakket’ hebben besteld op internet. Incassobureaus nemen dit soort spookrekeningen klakkeloos over van elkaar.

‘Bij opgekochte vorderingen hebben incassobureaus vaak geen idee wat ze innen. Dat verhoogt het risico op onterechte incasso’s, met name bij consumenten die slecht voor zichzelf opkomen. Die problematiek is breder dan we dachten.’

Incassobureaus
Om de incassobranche enigszins te reguleren is in 2012 een wettelijke norm ingevoerd voor de hoogte van incassokosten. Nu blijkt dat incassobureaus deze wet met voeten treden: in 20 procent van de onderzochte incassobrieven worden onterechte kosten gerekend. Veel van de 400 brieven die ACM onderzocht, bevatte te weinig informatie om te kunnen controleren of de incasso in de haak is.

Het verdubbelen van rekeningen is geen uitzondering, zegt Joke de Kock. Als directeur van de NVVK, de brancheorganisatie voor schuldhulpverleners, wordt De Kock geregeld geconfronteerd met de uitwassen uit het ACM-onderzoek.

‘Ik heb rekeningen gezien van 100 euro, die waren opgehoogd naar 800 euro. Incassobureaus verzinnen allerlei onwetmatige meerkosten: sommatiekosten, herinneringskosten, dossierkosten, je kunt het zo gek niet bedenken. Veel bedrijven zeggen: we weten dat het niet mag, maar we doen het gewoon.’

Vaak schrikken consumenten zo van een boze brief dat zij gewoon betalen. Mensen zijn zich niet bewust van hun rechten, signaleert de ACM. Temeer omdat incassobureaus geregeld ‘ontoelaatbare druk’ uitoefenen op schuldenaren.

Spervuur aan sms’jes
In de helft van de geanalyseerde brieven dreigen incassobureaus met maatregelen waartoe zij niet bevoegd zijn, zoals de beslaglegging van spullen of een vermelding in het register voor wanbetalers. Daarnaast worden consumenten uitgescholden, krijgen zij een spervuur aan sms’jes of worden ze door een crediteur lastig gevallen via sociale netwerken of zelfs hun werkgever.

Opvallend is dat de problemen zich volgens ACM ook geregeld voordoen bij leden van de branchevereniging voor incassobureaus, de NVI. Die was juist opgericht om zich te onderscheiden van de cowboys in de markt. De 28 leden van de NVI vorderen ongeveer zeven miljard euro per jaar, naar schatting tweederde van het totaal. De NVI heeft een onafhankelijk klachtenloket en de leden worden om het jaar gecontroleerd op naleving van de gedragscode.

Gesprekken kunnen misschien wel eens wat verhit raken, maar ik kan mij niet voorstellen dat onze leden zich schuldig maken aan bedreigingen en agressie, zegt NVI-directeur Jeanine van Noordenne. ‘Dat hadden wij moeten zien tijdens controles. De bevindingen zijn schokkend en absoluut verboden volgens ons keurmerk. Wat het lastig maakt is dat wij niet mogen zien waar ACM de conclusies op baseert. We kunnen totaal niet controleren of en wat er is misgegaan en hoe vaak het gaat om leden van de NVI.’

Toch zijn de onderzoeksresultaten volgens Van Noordenne aanleiding voor een onderzoek onder haar leden. Bovendien pleit zij voor een betere regulering van de incassobranche via opleidingen, een keurmerk en strengere controle op naleving van de wet. ‘Wat ons betreft is het rapport een bevestiging van wat wij al jaren roepen. Er is iets heel erg mis in de sector.’

374,83 euro toegestaan; 603,29 wordt gevorderd

De rekening in het voorbeeld is bijna 230 euro hoger dan wettelijk toegestaan. Inclusief incassokosten en rente mag de vordering maximaal 374,83 euro zijn, terwijl nu een bedrag van 603,29 wordt gevorderd.

De berekening van de incassokosten gaat vaak mis. Volgens de Wet Incassokosten, ingevoerd in 2012, mogen de incassokosten maximaal 15 procent zijn van de oorspronkelijke rekening. Bij kleine rekeningen mogen bureaus een hoger percentage vragen, met een plafond van 40 euro.

Een veelgemaakte fout is dat voor elke vordering eerst de incassokosten worden berekend om ze pas daarna op te tellen. Als iemand bijvoorbeeld vijf maanden zijn energierekening van honderd euro niet betaalt, dan zijn de incassokosten 75 euro (15 procent van 500). De totale rekening is 575 euro, eventuele rente daargelaten.

Vaak wordt voor elke afzonderlijke rekening van 100 euro het maximale bedrag van 40 euro gerekend. De incassokosten komen zo uit op 200 euro (40 keer 5). De totale rekening is dan 700 euro, 125 euro meer dan toegestaan.

Bron: Volkskrant